1887

OECD Multilingual Summaries

Climate Change Mitigation

Policies and Progress

Summary in Dutch

Cover
Read the full book on:
10.1787/9789264238787-en

Beperking van de klimaatverandering

Beleidsbepalingen en vooruitgang

Samenvatting in het Nederlands

Het aanpakken van de klimaatverandering is een lastige politieke uitdaging, waar een grote mate van vertrouwen en samenwerking tussen landen voor nodig is. Tegen 2050 moeten de wereldwijde broeikasgasemissies 40 tot 70% onder het niveau van 2010 liggen en deze emissies moeten tegen 2100 vlak boven nul of negatief zijn om ervoor te zorgen dat de gemiddelde temperatuur op aarde niet meer dan 2ºC stijgt. Als de huidige trend zich voortzet, is de kans groot dat de temperatuur aanzienlijk meer zal stijgen. Dit zal deze eeuw en daarna waarschijnlijk onomkeerbare wijzigingen van de bestaande ecosystemen veroorzaken, de landbouwsystemen ernstig verstoren en gevolgen hebben voor de menselijke gezondheid.

Dit rapport biedt een overzicht van de trends en de vooruitgang die is geboekt op basis van de beleidsbepalingen voor beperking van de klimaatverandering in de 34 OESO‑landen, de Europese Unie en 10 partnerlanden (Brazilië, China, Columbia, Costa Rica, Indonesië, India, Letland, Litouwen, Rusland en Zuid‑Afrika). De bedoeling is om de inzichtelijkheid te vergroten alsook informatie te verstrekken over de beperkingsdoelstellingen en de mate waarin koolstofprijsinstrumenten en andere beleidsbepalingen voor het aanpakken van broeikasgasemissies in de verschillende economische sectoren zijn toegepast.

De volgende belangrijke ontwikkelingen doen zich voor inzake de beleidsbepalingen voor beperking van de klimaatverandering:

  • De totale broeikasgasemissies van de onderzochte landen zijn sinds de jaren 1990 toegenomen, maar de broeikasgasemissies per eenheid van het bruto nationaal product (BNP) zijn in nagenoeg alle landen afgenomen. In diverse landen zijn de emissies de afgelopen jaren als gevolg van de financiële crisis afgenomen, maar het niveau heeft zich sindsdien weer hersteld vanwege de toegenomen economische activiteiten of vanwege de veranderingen van het kernenergiebeleid na het nucleaire ongeluk in Fukushima. Ook al zijn de emissies in sommige landen afgenomen, toch moet er nog veel meer worden gedaan om, volgens de principes van het Klimaatverdrag (het UN Framework Convention on Climate Change, UNFCCC), een gevaarlijke, door menselijke activiteit veroorzaakte klimaatverandering te voorkomen.
  • Ook al neemt het gebruik van koolstofarme energiebronnen toe, toch vertrouwen de meeste landen nog steeds op fossiele brandstoffen om hun economie van energie te voorzien, en wordt de productie en de consumptie van fossiele brandstoffen nog steeds ondersteund. Kool is de meest koolstofintensieve brandstof die in 2012 nog steeds voor 45% van alle opgewekte elektriciteit in de onderzochte landen werd gebruikt. Ook al hebben enkele landen vooruitgang geboekt bij de hervorming van de subsidies voor het verbruik van fossiele brandstoffen, toch ondersteunen veel landen nog steeds de productie en de consumptie van dit soort brandstoffen.
  • Energiebelastingen worden langzaamaan aan de koolstofinhoud van de brandstoffen aangepast en een toenemend aantal landen gebruikt koolstofbelastingen om met name CO2‑emissies te belasten. Het aandeel van de totale emissies dat door energie‑ en koolstofbelastingen duurder wordt gemaakt, blijft echter klein. De belastingvoeten zijn tot dusver te laag gebleven om een technologische wijziging te stimuleren en het gedrag van consumenten ingrijpend te veranderen. Koolstofbelastingen worden toegepast of gepland op nationaal of regionaal niveau in 15 van de onderzochte landen.
  • Een steeds groter aantal internationale, nationale en regionale rechtsgebieden verhandelt momenteel emissierechten (op basis van het emissions trading system of ETS), maar de prijzen zijn laag. Er zijn emissierechten vastgesteld in de Europese Unie en op nationaal niveau in Korea, Nieuw‑Zeeland en Zwitserland. China is in zeven steden en provincies met proef‑emissierechten gestart en is van plan om een systeem in de wijdere economie te introduceren. Regionale emissierechten zijn ook vastgesteld in Californië en in negen Noord‑Oostelijke Amerikaanse staten, in Quebec in Canada, en in Tokyo en Saitama in Japan.
  • Enkele van de onderzochte landen hebben onlangs hun beleid inzake de ondersteuning van duurzame energie herzien met minder teruglevertarieven en meer terugleververgoedingen en concurrerende inschrijvingen. Ook wordt uitgebreid gebruik gemaakt van emissienormen voor krachtcentrales, brandstofverbruiksnormen voor voertuigen en energie‑efficiëntienormen voor gebouwen. Ook andere doelstellingen, zoals de verbetering van de energiezekerheid, de luchtkwaliteit en de menselijke gezondheid kunnen dergelijke beleidsbepalingen stimuleren.
  • De publieke uitgaven aan energiegerelateerde RD&D als aandeel van het BNP blijven laag, ook al neemt het aandeel van de uitgaven voor energiegerelateerde RD&D gericht op koolstofarme energietechnologieën, zoals energie‑opslag, smart grids, geavanceerde brandstoffen en voertuigen en het afvangen en opslaan van kooldioxide (CCS) toe. In 2012 hebben 22 OESO‑landen samen ca. USD 13 miljard aan energiegerelateerde RD&D uitgegeven, voornamelijk voor duurzame energiebronnen, energie‑efficiëntie en kernenergie. In sommige landen wordt ruim de helft van de publieke RD&D‑uitgaven voor fossiele brandstoffen aan CCS uitgegeven. De privésector is ook een grote financierder van energiegerelateerde RD&D.
  • Ook al hebben de meeste onderzochte landen tot dusver slechts beperkte actie ondernomen om de emissies door landbouwactiviteiten te reduceren, toch hebben sommige landen duidelijke vooruitgang geboekt bij het verminderen van de ontbossing en worden ook broeikasgasemissies door niet‑energiesectoren aangepakt. Landbouw, ontbossing, industriële processen en afval zijn in sommige landen grote bronnen van broeikasgasemissies. De emissie‑intensiteit van de landbouwsector is in veel landen sinds 1990 afgenomen. Het is echter een complexe zaak om in deze sector gerichte beleidsbepalingen te implementeren, deels vanwege de beperkte beschikbaarheid van goedkope, mitigerende landbouwtechnologieën in veel van de betroffen regio's. In sommige landen (zoals Brazilië) is grote vooruitgang geboekt bij het aanpakken van de ontbossing, ook al lag het beginpunt uitermate hoog. Er worden verschillende combinaties van economische instrumenten, reguleringen en informatieprogramma's gebruikt om de broeikasgasemissies door de industrie‑ en afvalsector te reduceren.

Nagenoeg alle onderzochte landen hebben voor 2020 doelstellingen bepaald binnen de context van het UNFCCC of het Kyoto Protocol, waarbij de aard en ambitie van deze doelstellingen een weerspiegeling zijn van de nationale omstandigheden. Veel landen hebben ook voorgenomen nationaal vastgestelde bijdragen (INDC's) voor de periode na 2020 aangekondigd Op nationaal niveau heeft het Verenigd Koninkrijk een wettelijk bindende doelstelling op de lange termijn vastgesteld, alsook koolstofbudgets op korte termijn. Gelijkaardige regelingen zijn getroffen of worden overwogen in Denemarken, Finland, Frankrijk en Noorwegen. Veel landen hebben ook nationale doelstellingen bepaald voor relevante indicatoren zoals broeikasgasemissies, duurzame energie, energie‑efficiëntie en ontbossing.

Zelfs als de INDC's en de nationale doelstellingen die tot dusver zijn aangekondigd volledig worden gerealiseerd, is het resterende wereldwijde koolstofbudget (voor een wereld die niet meer dan 2°C warmer wordt) tegen ca. 2040 opgebruikt, tenzij veel drastischere actie wordt ondernomen. Ook al boeken de meeste onderzochte landen enige vooruitgang op basis van de vastgestelde doelstellingen, toch zullen veel landen de doelstellingen op zich niet realiseren als de jaarlijkse reductie van de emissies niet aanzienlijk wordt versneld.

© OECD

Deze samenvatting is geen officiële OESO-vertaling.

Reproductie van deze samenvatting is toegestaan, mits het OESO-copyright en de titel van de oorspronkelijke publicatie worden vermeld.

Meertalige samenvattingen zijn vertaalde uittreksels van OESO-publicaties die oorspronkelijk in het Engels en Frans zijn gepubliceerd.

Deze zijn gratis te verkrijgen via de Online Bookshop van de OESO www.oecd.org/bookshop

Neem voor meer informatie contact op met de eenheid OECD Rights and Translation, Public Affairs and Communications Directorate op, [email protected] of per fax: +33 (0)1 45 24 99 30.

OECD Rights and Translation unit (PAC)
2 rue André-Pascal, 75116
Paris, France

Bezoek onze website www.oecd.org/rights

OECD

Read the complete English version on OECD iLibrary!

© OECD (2015), Climate Change Mitigation: Policies and Progress, OECD Publishing.
doi: 10.1787/9789264238787-en

This is a required field
Please enter a valid email address
Approval was a Success
Invalid data
An Error Occurred
Approval was partially successful, following selected items could not be processed due to error